LELYSTAD - De rechtbank Midden-Nederland heeft een 40-jarige man uit Lelystad een voorwaardelijke ISD (inrichting stelselmatige daders) maatregel opgelegd. De man brak in bij een restaurant, een bouwkeet en in een auto. Hij maakte bij de diefstallen een navigatiesysteem en levensmiddelen buit. Daarnaast heeft hij vorig jaar een politieagent beledigd én had hij een vuurwapen.


Inbraken
De verdachte pleegde de inbraken in een periode van ruim een half jaar in Lelystad. In februari 2019 brak hij in bij een auto en stal een navigatiesysteem. Een paar maanden later, in september, sloeg hij toe in een restaurant en in november pleegde hij een inbraak in een bouwkeet. Bij deze inbraken nam hij diverse levensmiddelen mee. De verdachte heeft de inbraken in de auto en het restaurant bekend. Volgens de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat hij ook de inbraak in de bouwkeet pleegde.

Bouwkeet
Op 19 november 2019 blijkt dat is ingebroken in een bouwkeet aan de Beukenweg in Lelystad. Een rolluik voor een raam was weggetrokken en het raam was vernield. Er misten een tray met blikjes cola en een tray met blikjes sinas. Agenten zagen bij het hek van het bouwterrein een fiets met een kinderzitje achterop. Zij wisten dat de verdachte zo’n fiets had. Een getuige bevestigt later dat het inderdaad de fiets van de verdachte was. Op de grond bij de bouwkeet wordt ook een geopend blikje cola gevonden. Na onderzoek blijkt dat op het blikje DNA van de verdachte zat. Volgens de rechtbank is hiermee bewezen dat de verdachte de inbraak pleegde. Temeer omdat het blikje cola binnen de omheining is gevonden, vlak naast de bouwkeet.

Voorwaardelijke straf en behandeling
De verdachte is in het verleden vaker veroordeeld voor het plegen van dezelfde soort strafbare feiten. De officier van justitie eiste daarom een ISD-maatregel voor de duur van 2 jaar. De rechtbank legt die ISD-maatregel op, maar geheel voorwaardelijk. Een ISD-maatregel is namelijk een uiterst middel, dat alleen wordt opgelegd als blijkt dat alle andere mogelijkheden voor hulpverlening niets hebben uitgehaald. Verdachte heeft niet eerder een langdurige klinische behandeling gevolgd voor zijn middelengebruik en delict gedrag. Gelet hierop én het feit dat de verdachte op zitting heeft aangegeven dat hij wil meewerken aan een behandeling, vindt de rechtbank dat het opleggen van een onvoorwaardelijke ISD-maatregel een stap te ver is. De rechtbank legt de verdachte daarom een voorwaardelijke ISD-maatregel op voor de duur van 2 jaar, met een proeftijd van 3 jaar. De rechtbank ziet deze voorwaardelijke maatregel als een allerlaatste kans voor de verdachte. Wel moet hij zich direct aan een aanzienlijk aantal bijzondere voorwaarden houden. Zo moet hij zich onder andere zo snel mogelijk op laten nemen in een zorginstelling én moet hij zich laten behandelen door verslavingszorg.